Dahl (linzen) + Palak (spinazie) = Tasty! (lekker)
Indisch!
Lang geleden, ik weet het, ik heb het net nagekeken. Er heerst een tekort aan oosterse recepten op VeGuru. Tijd om daar wat verandering in te brengen!
Vandaag krijgen jullie mijn vroeger-als-allereerst-thuis-geprobeerde Indisch gerecht te lezen: Dahl Palak.
Wasda? Chinees?
Nee, Indisch. Ik zei het toch?!
Tenzij je regelmatig op Indische resto gaat, of het vaker thuis klaarmaakt, klinken die termen best Chinees in de oren, ja. Gelukkig ben je er snel mee weg, niet in het minst omdat je wil onthouden wat dat lekkers van daarnet nu juist was!
Dahl: linzen
Palak: spinazie
Voila, da’s om voor altijd te onthouden, capisce?
Een makkelijke linzencurry dus! Weinig voorbereiding en tweederde van de gaartijd bestaat uit “laten pruttelen”. Ideaal voor ’s avonds op een weekdag. Het receptje is voor twee personen (een flinke kom elk, plus een dikke schep extra, want dat ga je willen).
De ui en look schil en versnipper je even vooraf, net als een flink stuk verse gember (niet op de foto).
Tip: Gember schil je het makkelijkst met een… lepel! Schraap het dunne vel op die manier erg makkelijk van de gemberknol.
Rode linzen, dus. Te vinden in elke supermarkt en bij talloze speciaalzaken. Ik haal de mijne bij de Indiër in centrum Wilrijk, in een zak van twee kilo.
Je kan voor deze Dahl ook gele linzen gebruiken en ze iets langer laten garen. Met bruine of groene kan het ook, maar die blijven vaster, waardoor je “saus” niet goed gaat binden. Gebruik dan wat minder water. Of haal gewoon even rode, want die zijn voor verschillende andere (ook niet-oosterse) gerechten erg handig!
Spoel ze best even onder de koude kraan, dan worden ze ook al een klein beetje zachter en raak je meteen van eventueel los zetmeel vanaf.
De andere ster in deze schotel is Palak: spinazie! Koop verse, want in dit gerecht wordt erg waterig wanneer je spinazieblaadjes uit de diepvries zou gebruiken.
Ook eerst even goed wassen, natuurlijk, zodat alle zand er tussenuit is.
Zo, laat linzen en spinazie maar even rustig aan de kant staan uitlekken tot je ze straks nodig hebt.
Kruiden
Indië is erg bedreven in het gebruik van kruiden en specerijen. Véél kruiden en specerijen zelfs. Het draait echter niet om er zoveel mogelijk te gebruiken, maar om ze te balanceren tot een mmmmlekker geheel. Dat lijkt best een moeilijke opgave, maar met een kleine set aan essentiële potjes (komijnzaadjes, korianderpoeder, kurkuma, gedroogde chili, zwarte peper, gerookte paprika, nootmuskaat, garam masala) kan meteen je al heel wat verschillende kanten uit.
Vandaag is de hoofdrol grotendeels toebedeeld aan komijn. Gebruik ofwel de hele zaadjes, of het gemalen poeder daarvan. Je kent het misschien uit een traditionele bonenchili, zoals mijn Sin Carne. Net iedereen is er fan van, maar dit gerecht vraagt er wel degelijk om.
Hier roosterde ik de komijn, chili en zwarte peper vooraf even in een droge pan. Door ze even met directe hitte te laten “ontwaken”, krijg je een veel rijker resultaat.
Hoewel er wel wat chili gebruikt wordt, blijft dit gerecht best mild. Het “flauwe” zetmeel van de linzen zorgen ervoor dat je best wat extra chilivlokken of -poeder kan gebruiken wanneer je graag een ietwat pikantere kom lekkers wil straks.
Je ruikt het wel wanneer ze lang genoeg hebben geroosterd, trust me!
Schep ze even in een potje en hou apart.
Nu je pan al warm is, kan je makkelijk naar de volgende stap.
Stoven
Smelt een eetlepel kokosolie en wacht even tot die goed heet is. Hop, je ui en gember erin en roeren maar. Zodra de uit glazig begint te worden, mag de look erbij (eerder zou ie kunnen verbranden) en strooi je er de andere kruiden over.
Vlnr.: gerookt paprikapoeder, kurkuma, nootmuskaat en korianderpoeder.
Ter info, voor de niet-meteen-koriander-liefhebbers: korianderpoeder smaakt niet naar het verse kruid. het wordt namelijk gemaakt van de zaadjes, niet van de bladeren!
Roeren en wat laten stoven tot de ui zacht wordt. Kurkuma en paprika geven ook erg veel kleur, erg mooi in je pan.
Maak het potje geroosterde kruiden ook leeg door het over je ui te strooien.
Tijd voor spinazie!
Kieper alle spinazie in één keer bij de gestoofde ui. Je pan is meteen helemaal vol, maar die delicate spinazieblaadjes smelten erg snel in elkaar.
Roer af en toe, zodat de groente gelijkmatig verwarmd wordt.
Zodra de spinazie geslonken is en je de bodem van je pot af en toe weer kunt ontwaren tijdens het roeren, kan de tomaat erbij. Ik had nog een restje tomatenpulp in fles in de koelkast, dus gebruikte ik die. Je kan ook passata of blokjes uit blik gebruiken. Met verse tomaten kan het ook, maar doe dat dan best wanneer ze “in seizoen” zijn (juli tot september/oktober).
Roer de tomaten goed doorheen de andere groenten en wacht even tot ze beginnen te pruttelen. De linzen zijn next in line!
Voeg de gespoelde en uitgelekte linzen toe aan je pot met toekomstig lekkers. Zo maken ze eerst even kennis met de warmte, dus wacht en roer een minuut of twee alvorens er water over te gieten.
Bevochtigen doe je hier best met gewoon water, niet met bouillon. De kruiden die al in het gerecht verwerkt werden, zijn ruim voldoende om alles op smaak te krijgen, zonder nood aan een smaakboost van eventuele groentenbouillon.
Zet de linzen net onder water.
Nu komt het moeilijkste gedeelte: wachten…
Welnu, niet enkel wachten, ook een beetje roeren af en toe, elke vijf minuten of zo. Jeej, toch een beetje kookwerk!
Rode linzen hebben niet zo’n lange gaartijd, twintig à vijfentwintig minuten. Let wel op vanaf minuut achttien of zo, en proef dan regelmatig. Rode linzen gaan namelijk op enkele korte minuten tijd van “een beetje te hard”, naar “perfect melig met een beetje weerstand”, naar “plat en weggekookt”. Hoewel veel verschillende linzenschotels (Dahls) eerder dikke soepen zijn, waarin de linzen dus wél plat mogen worden, is dat bij dit gerecht niet het geval.
Vrees echter niet, je proeft het meteen wanneer je gerecht perfect klaar is. Smaak en textuur vallen tegelijk op hun plaats, magisch! Zet op dat punt meteen het vuur uit en kruid pas dan af met zout (want dat hebben we nog niet gebruikt). Voeg dat zout niet eerder toe, want door het inkoken loop je kans dat je teveel zout zou strooien.
Opdienen
Dahl kan je met vanalles combineren: rijst, naanbrood, geroosterde aardappelen, noedels, … ‘k had nog wraps in de kast, dus gebruikte ik er enkele, snel even verhit in een droge pan.
Hop, enkele flinke scheppen van de pollepel in een toffe kom en de wraps er opgeplooid bij.
Bestrooi met enkele fijngesneden blaadjes koriander, of peterselie als je dat liever hebt.
Eénpansgerecht, éénkomstgerecht. Handig, lekker, makkelijk én weinig afwas 😉
Jouw beurt!
.
Vind je dit leuk? Volg VeGuru dan op facebook en instagram voor véél meer lekkers!
facebook.com/vegurudotbe
instagram.com/vegurudotbe
.
Prep Tijd | 10 minuten |
Kook Tijd | 35 minuten |
Porties |
2 à 3 kommen
|
- 1 grote ui
- 2 teentjes look
- 1 stuk verse gember evenveel als de look
- 200 gram verse spinazie
- 250 ml tomatenpulp of passata, of blokjes uit blik
- 250 gram droge rode linzen
- 1 el kurkuma
- 1 el komijnzaadjes of poeder
- 1 tl chilivlokken meer of minder mag, naar smaak
- 1 tl korianderpoeder
- 1 tl gerookt paprikapoeder
- 1/4 tl nootmuskaat
- zwarte peper van de molen
- zout
- verse koriander Geen fan? Neem verse peterselie!
Ingrediënten
Groenten
Kruiden
Optioneel
|
- Schil de ui en look en snipper fijn. Verwijder de schil van het stuk gember door die er met een lepel af te schrapen. Snipper 'm ook fijn.
- Was de spinazie grondig en laat even uitlekken in een vergiet.
- Doe de linzen in een zeef en spoel ze goed af met ruim water. Laat ook even uitlekken.
- Zet een grote pan met anti-aanbaklaag of een wok op een zacht vuur. Zodra die warm is doe je er de komijn, chili en zwarte peper in om even te roosteren. Je ruikt het wel wanneer ze goed zijn. Haal ze uit de pan en bewaar even in een schaaltje.
- Draai het vuur een beetje hoger en doe een lepel kokosolie in je pan. Voeg zodra die heet is de ui en gember toe. Fruit ze glazig in een minuut of twee.
- Bestrooi met de rest van de droge specerijen (kurkuma, korianderzaadjes, paprikapoeder, nootmuskaat). Voeg ook de look toe en laat het geheel enkele minuten verder stoven.
- Doe er nu de eerder geroosterde kruiden bij, roer even om en voeg dan de spinazie toe. Je zal merken dat de hele pan nu overvol lijkt, maar de blaadjes zullen snel in volume verminderen.
- Zodra je de bodem van de pan weer kan zien, doe je er de tomatenpulp, -passata of -blokjes bij. Roer om en verhit tot de tomaten beginnen te pruttelen.
- Roer nu de uitgelekte linzen door het mengsel. Het idee is om ze eerst te laten kennismaken met de ingrediënten en de olie, alvorens vocht bij te gieten.
- Na een minuut of twee mag het water er wel bij. De linzen moeten net onder water staan. Roer alles goed door elkaar en verminder het vuur tot heel laag, zodra het gerecht opnieuw begint te pruttelen.
- Nu is het een kwestie van niet te ver weg te lopen. De linzen gaan volledig gaarkoken in vijftien tot vijfentwintig minuten. Dat is geen exacte wetenschap, aangezien de gaartijd sterk kan verschillen van soort tot soort. Water bijvoegen tijdens het verdere koken kan altijd wanneer nodig, een teveel hiervan laten inkoken liever niet, omdat de linzen dan snel overgaar kunnen worden.
- Roer af en toe en blijf regelmatig de gaarheid testen. Nu je toch al aan het proven bent, kan je ook verder op smaak brengen met peper en (vooral) zout.
- De schotel is klaar wanneer de saus even dik is als een hartige wintersoep én de linzen mals zijn, maar nog net een heel klein beetje weerstand bieden tussen je tanden.
- Klaar! Haal de pan van het vuur om overgaren te vermijden. Serveer snel in een kom, garneer met enkele blaadjes verse koriander of peterselie en eet er een lekkere rijstsoort, naanbrood of wraps bij.
Smakelijk!
G.
In Nederland noemen we dit is een heerlijk Indiaas gerecht. Indisch komt uit Indonesie . Ik ga m maken?
Fijn dat je ‘m maakte! Was ie lekker? 😀
In België gebruiken we de term “Indiaas” nooit. Indisch betekent hier uit Indië, dus zie je ook Indische restaurants en kookboeken, met enkel “Indiase” gerechten. Indonesische resto’s noemen we gewoon, ja… Indonesische resto’s 😉