Smeuïg, hartig, fris, veelzijdig.
Guac!
Ik denk niet dat ik iemand ken die géén fan is van dit heerlijke groene wonder. Waarschijnlijk ken ik dan gewoon te weinig mensen, soit. ’t is gewoon een feit dat, zodra er ergens een kommetje verse guacamole op tafel verschijnt, vaak vlakbij tortilla chips, die kom binnen tien minuten compleet leeggeschraapt is.
Zowat elke supermarkt biedt “huisgemaakte” potjes guac aan, meestal met toevoeging van enkele dingen die de houdbaarheid verhogen. Dat kàn handig zijn, maar zo erg nuttig is dat nu ook weer niet. Ah nee, want, zoals ik al zei, is ‘ie na opening toch meteen alweer op!
Laat dat potje dus maar gewoon staan en neem koop verse avocado’s in de plaats. Je herkent ze wel, heel donkergroen, ovaal, met rimpels. Ook wel vergelijkbaar met Drakeneieren (^5 @ GoT fans!) 😉
Koop of gebruik ze pas wanneer ze echt erg rijp zijn. Wanneer je lichtjes op de schil drukt, moeten ze al zacht aanvoelen. Da’s belangrijk, want we gaan ze pletten met enkel een botte vork.
Verder zit er niet zo bijzonder veel bij, en die dingen heb je vaak sowieso al in huis:
- Ui. Liefst rode, maar een gewone witte of wat sjalot werkt ook, erg fijn gesnipperd.
- Citroensap. Belangrijk, zowel voor de kleur als de smaak. Kan ook met limoen.
- Chilipeper. Een goeie guac is licht pikant, al kan je dat ook naar smaak aanpassen. Ook erg fijn snipperen.
- Zout en peper. Goed kruiden, want avocado is redelijk “flauw” an sich.
- Tomaat. Da’s geen essentie, maar erg lekker. Ik gebruik enkel rijpe zomertomaat hiervoor, dus ook enkel tijdens het seizoen, van pakweg midden juli tot eind oktober.
- Look. Helemaal optioneel, maar ik ben fan. Heel fijn pletten of persen, zodat je geen stukjes meer tegenkomt.
Alles bij elkaar in een kom en dan pletten met een stevige vork (niet in de keukenrobot!).
Voila, da’s al klaar. Easy peasy!
Zalig bij tortilla chips, in of bij burrito’s, op toast, tussen burgers, als dressing, los met de lepel, op ovenaardappelen, onder penne gemengd, … eindeloze mogelijkheden!
Best bewaren in een goed afsluitbare pot, in de koelkast. Dan gaat ie wel tot een week mee zonder bruin te worden (dankuwel citroensap).
Al houdt ‘ie het bij mij nooit lang genoeg uit om enig risico op bederf te lopen!
.
Vind je dit leuk? Volg VeGuru dan op facebook en instagram voor véél meer lekkers!
facebook.com/vegurudotbe
instagram.com/vegurudotbe
.
| Prep Tijd | 10 minuten |
| Porties |
1 volle glazen pot
|
- 3 medium rijpe verse avocado's (erg mals, maar nog niet bruin)
- 1/2 rode ui (mag ook een witte of een sjalot zijn)
- 2 el citroensap
- 1/4 tl zout
- 1/4 tl zwarte peper van de molen
- 1/2 kleine rode chilipeper (naar smaak, kan ook met gedroogd chilipoeder of -vlokken)
- 1/2 rijpe verse tomaat (gebruik ik enkel binnen hun seizoen)
- 1/2 teentje look (naar smaak)
Ingrediënten
Guac
Optie
|
|
- Schil de ui en versnipper heel fijn. Als je look gebruikt, schil je die ook, versnipper 'm en plet de stukjes tot zeeen papje vormen. Uitpersen kan natuurlijk ook.
- Halveer de chilipeper overlangs, verwijder de zaadjes en snij 'm erg fijn. Gebruik net zoveel chili als je wil (of niet wil).
- Snij de avocado's voorzichtig door met een groot scherp mes. Je voelt waar de pit zit, werk errond, zodat je twee helften krijgt.
- Haal de pitten eruit en schep het vruchtvlees uit de schil, doe in een kom.
- Voeg meteen het citroensap toe, dat belet dat je avocado's gaan verkleuren.
- Plet met een stevige vork, maar probeer nog stukjes over te houden, da's lekker.
- Doe er de ui, chilipeper en eventueel tomaat en look bij. Roer om.
- Proef en stuur indien nodig de pikantheid en zuurte bij. Kruid dan met zwarte peper en een beetje zout, tot je 'm het lekkerst vindt.
- Klaar! Bewaar afgesloten in een schone glazen pot in de koelkast.
Smakelijk!
G.
0 comments on “Guacamole”Add yours →